We kunnen er hier bijna de klok op juist zetten. Elk jaar begin september komt er een wespendief binnen in onze opvang. Het gaat dan vaak over jonge wespendieven die, onervaren als ze zijn, in de problemen geraken tijdens hun eerste stapjes in de vrije natuur.
Eind augustus vat de wespendief zijn najaarstrek aan. Het zijn vogels die in Afrika de winter doorbrengen. Honderden vogels uit Scandinavië trekken dan over ons land richting zuiden. Wespendieven lijken net buizerds en worden er dan ook vaak mee verward. Daar waar de buizerd een breed scala aan voedsel lust (vogels, knaagdieren, regenwormen, kevers,…) is de wespendief een echte voedselspecialist.
Deze soort heeft zich gespecialiseerd aan het eten van wespenlarven. Ze beschikken daarvoor over een extra dicht verenkleed waar een wesp niet kan door steken en over extra smalle neusgaten waar een wesp niet in kan kruipen. Hun poten zijn ruw en zwaar bepantserd zodat ze de wespennesten kunnen uitgraven.
Een wespendief verzorgen is altijd een race tegen de klok. Als we de vogel niet terug in topconditie krijgen vóór het einde van de trekperiode (eind september), moet het dier de hele winter bij ons blijven.
Daarom zijn we op zoek naar imkers die darrenbroed kunnen missen. We bewaren het kostbare goedje in onze diepvriezers en kunnen op die manier onze wespendief in leven houden tot het voorjaar…